Wat heeft trauma met een eetstoornis te maken?

Eetproblemen worden meestal niet in verband gebracht met vroegkinderlijk trauma. Recente inzichten uit de prenatale psychologie leren ons dat ervaringen die ongeboren kinderen in de buik, tijdens het geboorteproces of in de eerste paar levensjaren opdoen zo overweldigend kunnen zijn dat het hen traumatiseert.

Met name bij hooggevoelige kinderen blijkt de kans op trauma in de allereerste jaren of zelfs al tijdens de zwangerschap vertienvoudigd. Zelfs relatief onschuldige gebeurtenissen kunnen bij hooggevoelig kinderen zoveel impact hebben dat ze geen kans zien het te verwerken. Ze blijven er vaak alleen mee rondlopen.

 

Overlevingsstrategieën

 

Een gevolg van (vroegkinderlijk) trauma is dat je al heel vroeg strategieën moest inzetten om te kunnen overleven. Hoe meer angst wordt ervaren hoe intenser de overlevingsreactie. Dit klinkt heftig maar op jonge leeftijd wordt een indringende gebeurtenis al heel snel als levensbedreigend ervaren.

Voorbeelden kunnen zijn ‘heel snel bang en niets durven, zeer teruggetrokken gedrag, leven in een eigen droomwereld, anderen pleasen en continu willen helpen, een dwingende behoefte alles te bepalen of al heel jong zeer perfectionistisch ingesteld zijn en geen fouten mogen maken. Vooral hooggevoelige kinderen merken veel meer op dan gemiddeld en het komt ook nog eens harder en dieper binnen. Ze hebben simpelweg een ander neurologisch systeem.

 

Lastig gedrag

 

Strategieën om te overleven worden in de praktijk door ouders en op school als lastig en problematisch ervaren, waardoor je zelfbeeld gemakkelijk schade oploopt. Bij hooggevoelige kinderen gaat dit razendsnel omdat ze zich al heel jong erg bewust zijn van zichzelf en kritiek erg hard binnenkomt.

 

Bij voldoende basisvertrouwen ervaar je rust, ontspanning, vertrouwen en overgave.

 

Basisvertrouwen

 

Ieder mens heeft behoefte aan een gezonde en warme basis in het leven. Een vroege angstige (traumatische) ervaring heeft helaas een grote impact op de opbouw van deze basis, je basisvertrouwen neemt af.

Een verminderd basisvertrouwen zorgt voor grote problemen, omdat het automatisch zorgt voor een hogere aanmaak van stresshormonen. Je bent continu alert en je basisspanning is hoog. Dit wordt helaas vaak niet opgemerkt als je klein bent omdat het iets is dat zo bij je karakter lijkt te horen.

Wanneer je echter na een schokkende ervaring (onbewust) in beslag wordt genomen door angsten wordt het heel moeilijk om de ontwikkelingstaken die horen bij opgroeien goed te doorlopen. Dit kan logischerwijs leiden tot behoorlijke problemen op sociaal, emotioneel of cognitief terrein. Eetproblematiek begint niet voor niets vaak juist rond de (pré)pubertijd of adolescentie.

 

Een eetstoornis is een verstoring in je ontwikkeling en is te herstellen

 

Het is dus belangrijk om op zoek te gaan naar intense en indringende ervaringen vanaf de start van je leven inclusief de tijd voor de geboorte. Hiermee kun je jouw basisvertrouwen volledig herstellen waardoor de eetstoornis als vanzelf bestaansrecht verliest en er ruimte ontstaat voor wie je echt bent en altijd al was.

Basisvertrouwen is het gevoel dat je altijd mag zijn wie je bent, ook als je ANDERS bent, met het volste vertrouwen dat je ouders er altijd zullen zijn. Je kunt je logischerwijs alleen optimaal ontwikkelen als je volledig jezelf kan zijn.

 

Het zenuwstelsel begrijpt geen woorden

 

Eén van de belangrijkste inzichten die we willen overdragen, is dat je eetgedrag geen bewuste keuze is. Het is een overlevingsrespons van een lichaam dat zich onveilig voelt. Dat betekent ook dat je het niet oplost met alleen praten, erover denken of met wilskracht.

Het zenuwstelsel reageert direct op prikkels in de omgeving en slaat vroegkinderlijke ervaringen op in de vorm van lichamelijke reacties, zoals alertheid en spanning of met een gevoel van afgesloten zijn, wazig zoals onze cliënten wel eens zeggen. Als die toestand chronisch wordt, raakt het lichaam gewend aan een gevoel van onrust of disconnectie. Eten (of juist niet eten) wordt dan een manier om dit te reguleren. Herstel vraagt daarom om meer dan inzicht! Het vraagt om regulatie en om stap voor stap opnieuw leren aanvoelen van je grenzen, je behoeften en je spanningsniveau. En dat allemaal in een omgeving van veiligheid en afstemming.

 

Herstel begint met co-regulatie

 

We weten inmiddels dat zelfregulatie niet mogelijk is, zonder het eerst geleerd te hebben IN RELATIE. Juist bij vroegkinderlijk trauma of een gebrek aan basisveiligheid ontbreekt die ervaring van co-regulatie. Afgestemde, kalme veilige nabijheid van een ander. Dit is waarom we zoveel hulpmiddelen van ‘buiten’ nodig hebben om onszelf toch te kunnen reguleren, zoals schrijven, mindfulness, yoga, carddecks en eten! Maar zelfregulatie is in de basis verbonden met auto-regulatie, je lichaam weet zelf de weg terug naar rust of andersom naar actie. En zoals zojuist gezegd, dit kun je alleen leren in co-regulatie, in verbinding met een veilige ander.

Veel mensen met eetproblematiek hebben vooral geleerd om zich aan te passen, sterk te zijn of onzichtbaar te worden, terwijl hun systeem inwendig schreeuwde om hulp, contact of ontspanning. Jij bent misschien ook zo iemand. Wat je voelde werd niet gespiegeld. Wat je nodig had, bleef onbeantwoord. Het verstoorde eetgedrag wordt dan een noodzakelijke manier om de ontregeling te reguleren die is ontstaan door het onderdrukken van behoeften, impulsen en emoties.

Het helpt je systeem binnen het raam van wat draaglijk is te houden, zodat je kunt overleven in een situatie waarin je je anders niet staande had kunnen houden. Daarom is co-regulatie zo essentieel in herstel. Alleen als je lijf opnieuw ervaart dat er wél iemand beschikbaar is, kan het gaan loslaten wat het al die tijd in zijn eentje heeft moeten dragen.

Hooggevoeligheid en het kwetsbare zenuwstelsel

 

Als je hooggevoelig bent neem je niet alleen meer prikkels waar, je verwerkt ze ook dieper en intenser. Dat komt omdat je zenuwstelsel anders georganiseerd is: alerter, fijner afgestemd en sneller geraakt. Die gevoeligheid is op zichzelf geen probleem, maar maakt wel dat stress, afwijzing of onveiligheid veel sneller als overweldigend worden ervaren.

In combinatie met vroegkinderlijk trauma, denk bijvoorbeeld aan medische ingrepen, spanningen tijdens de zwangerschap, een afwezige of overprikkelde ouder, kan dat ertoe leiden dat het zenuwstelsel al heel jong in een overlevingsstand schiet. Je zenuwstelsel past zich aan als een situatie langdurig is. Zo vormt het je bedrading en voelt het voor jou als je normaalstand. Biologisch gezien is er echter sprake van disregulatie en daar heeft je systeem een oplossing voor gevonden. Jouw eetgedrag waar je nu zo van baalt!

 

Renate Lukassen

Renate heeft Bodytolk opgericht in 2017. Ze is psychosociaal therapeut met een specialisatie in hechting, relationeel trauma & eetstoornissen, systemisch coach, trainer persoonlijk leiderschap en grensbewustzijn en auteur.

0 Comments